NIEUWS |
dr. Jan van Dullemen: |
'Na een spannende en enerverende zoektocht
is het nu zover, op 3 mei 2022 verscheen mijn nieuwe boek':
|
|
"Architect in Bandoeng,
verzetsstrijder in Delft, leven en werk van Prof.Ir.
Richard Schoemaker"
Richard Schoemaker was
hoogleraar in Bandoeng en Delft maar ook
KNIL-militair, olympisch sporter, verzetsstrijder en
vooral architect.
Drie mei was het 80 jaar geleden dat hij in
concentratiekamp Sachsenhausen werd gefusilleerd
wegens zijn verzetsactiviteiten. |
|
|
Prof.Ir.
Richard Schoemaker" |
Vanaf 1905 was Richard Schoemaker als cadet
aan de Koninklijke Militaire Academie actief in diverse
sporten, vooral de schermsport. In 1908 nam hij zelfs deel
aan het schermen bij de Olympische Spelen in Londen. Op het
onderdeel sabel werd hij derde in de tweede ronde van poule
1. Daarmee plaatste hij zich niet voor de volgende ronde.
Na de Spelen vertrok hij naar Nederlands-Indië, waar hij,
net als later zijn broer C.P. Wolff Schoemaker, hoogleraar
bouwkunde werd aan de Technische Hogeschool (THS) in
Bandoeng. In tegenstelling tot zijn broer bleef hij niet in
Indië, maar aanvaardde hij dezelfde functie in Delft.
Oorlogsjaren
Vlak na het begin van de Duitse bezetting in 1940 richtte
Schoemaker een verzetsgroep op. De groep spioneerde en
verzamelde wapens. De Schoemaker-groep stond los van de
Ordedienst maar had wel contact met de Groep Mekel. Vooral
Delftse studenten waren bij deze twee groepen betrokken.
Na verraad door de negentienjarige Hugo de Man werd
Schoemaker opgepakt. Op 3 mei 1942 werd hij in kamp
Sachsenhausen gefusilleerd door de Duitsers.
In 1946 werd aan Schoemaker bij Koninklijk Besluit postuum
het Verzetskruis toegekend wegens: "Voor onder gevaarlijke
omstandigheden betoonden moed, inititatief, volharding,
offervaardigheid en toewijding in den strijd tegen den
overweldiger van de Nederlandsche onafhankelijkheid en voor
het behoud van de geestelijke vrijheid, daarbij in hem
eerende een der uitingsvormen van het verzet, dat in zijn
veelzijdige activiteit van 15 mei 1940 tot 5 mei 1945 in
stijgende mate den vijand heeft geschaad en op
onvergetelijke wijze tot de bevrijding van het Vaderland
heeft bijgedragen."
|
Tot zover Richard Schoemaker |
|
Van Knil Militair tot meester architect
|
|
Van dit eerste boek over de broers, maar
toch hoofdzakelijk over Charles Prosper Wolff Schoemaker
ontstond een tentoontelling in museum Bronbeek, waarvan
hieronder een verslag van de opening. |
|
30 september 2016. |
Opening
tentoonstelling ‘Van KNIL-militair tot meester-architect. De
koloniale architectuur van Charles & Richard Schoemaker’.
Nederlands-Indië - Curaçao - Arnhem. |
|
.......De mooiste modernistische
villa van Nederland staat misschien wel in
Indonesië. De woning bevindt zich in Bandung op
Java, heet #villa Isola,
dateert uit 1933 en is een
mix van art deco, Frank Lloyd Wright en Amerikaanse
streamline esthetiek...... |
|
De schepper, architect
Charles Prosper Wolff Schoemaker
Hij was de broer van de minder bekende architect Richard
Leonard Arnold Schoemaker. |
In 1917/18 vestigden de
broers een architectenbureau in Bandung. |
|
Charles Wolff Schoemakers
bekendste leerling en vriend voor het leven was Soekarno.
(de eerste president van Indonesië)
Hij bekeerde zich zelfs tot de Islam en
reisde voor de hadj naar Mekka. In 1939 reisde hij
door Nederland waar hij werkte voor de TU in Delft |
|
|
|
Villa Isola heeft de uitstraling van
een volledig betonnen constructie maar is in
werkelijkheid een staalconstructie gevuld met
baksteen en vervolgens gepleisterd. In het ontwerp
van "Villa Isola" heeft Wolff Schoemaker enkele
vernieuwende ideeën van Le Corbusier toegepast: een
salon op de eerste verdieping, een daktuin en vast
meubilair. Bovendien lijkt het gebouw, dat veel
wegheeft van een oorlogsschip met Venetiaanse boeg
en schoorstenen, weg te varen uit de omringende
natuur. |
|
Charles Wolff Schoemaker
(1882–1949) heeft als bijnaam de Frank Lloyd Wright
van Indonesië. Tussen 1910 en 1940 ontwierp hij
talloze gebouwen op Java, niet alleen Villa Isola,
maar ook Hotel Preanger in Bandung, die tot de
absolute top van de koloniale architectuur horen.
|
|
Hij werd van de vergetelheid gered
door een monografie van architectuurhistoricus
Jan van Dullemen, die eerder al promoveerde op
een onderzoek naar Wolff Schoemaker. Hij was een
wonderbaarlijke man, met een tot nog toe nauwelijks
gemarkeerde architectonische erfenis. |
In de jaren twintig en dertig was men
in Indië op zoek naar een eigen, tropische stijl. In
die zoektocht is Wolff Schoemaker met zijn diepgang
en creativiteit heel belangrijk geweest. Zijn
familie woonde al drie generaties in Indië, toen hij
daar werd geboren. Op latere leeftijd bekeerde Wolff
Schoemaker zich zelfs tot de islam. |
|
Tot de 19e eeuw was de koloniale
bouwkunst tot een minimum beperkt. De gunstige
conjunctuur rond de eeuwwisseling (van de 19e naar
de 20e eeuw) bracht een explosieve groei van
Europeanen naar ‘de kolonie’. Er was nauwelijks
infrastructuur en een groot tekort aan scholen,
ziekenhuizen, overheidsgebouwen en woningen. Dit
deed de vraag toenemen naar hoog opgeleide
Nederlandse bouwkundige ingenieurs en architecten.
De gangbare Europese bouwstijlen bleken echter niet
geschikt voor het tropische klimaat. Er werd naar
nieuwe bouwstijlen gezocht. Deze tropenstijl was
vaak een verbinding van de moderne westerse
bouwstijl met inheemse culturele elementen. Ondanks
het zoeken naar een Indische identiteit behield het
merendeel van de gebouwen een Europees uiterlijk,
met een tropische variant van art deco en het Nieuwe
Bouwen. |
|
|
‘Wolff
Schoemaker was een groot mens. Voor hem was er geen verschil
tussen wit en niet-wit. Tussen Nederlanders en Indonesiërs,
tussen vrij en slaaf’, zei Soekarno over hem. |
|
Broers Schoemaker als KNIL
MILITAIREN |
|
Als de broers Schoemaker hun carrière in
1902-1906 beginnen aan de Koninklijke Militaire Academie
(KMA) in Breda hebben zij al een sterke band met de kolonie
Nederlands-Indië: hun vader, majoor Jan Prosper, was
betrokken bij krijgshandelingen van het Koninklijk
Nederlands Indische Leger (KNIL) en schreef boeken over de
oorlogen in Nederlands-Indië. Eerste zoon Charles werd in
Nederlands-Indië geboren in de legerplaats Banjoe Biroe op
Midden-Java in 1882, overleden in Bandung 1949. |
|
De broers worden aan de KMA opgeleid bij
de Genie van het KNIL. Ze ontwikkelen zich tot
vooraanstaande meester-architecten in het koloniale of
Nederlands-Indische bouwen. Beide mannen worden professor:
zij hebben zowel gedoceerd bij de Technische Hogeschool
Bandoeng als aan de Technische Universiteit in Delft. |
|
Richard ontwerpt het prestigieuze
‘Paleis van den Legercommandant’, dat in 1918 werd
geopend. |
|
|
|
Wolff (Charles) bouwde voor particulieren,
kerken en bedrijven in Nederlands-Indië; hij zet
uiteindelijk als geen ander het hele stadsbeeld van
Bandung naar zijn hand. Hun verdere levenswandel
loopt sterk uiteen. Charles leeft als excentrieke
kunstenaar, wordt moslim en is bevriend met zijn
vroegere student Soekarno. De wonderbaarlijkheid van Schoemaker blijkt
uit verschillende aspecten van zijn leven. Het eerste aspect
is de architectuur, die soms verbazend lenig en modern is.
Het tweede geldt zijn extravagante levensstijl, inclusief
een ongewoon energiek liefdesleven. En tot slot is er de
langdurige vriendschap met Soekarno, uitzonderlijk voor een
Nederlander. |
|
Hoe hecht de relatie was, bleek toen onlangs
het verwaarloosde graf van Wolff Schoemaker in Bandung werd
ontdekt en de familie van de oud-president van
Indonesië de restauratie betaalde. |
|
Toen Wolff Schoemaker als officier
in 1905 scheep ging naar Java, was moderne architectuur
aldaar zo goed als non-existent. De pragmatische
Nederlanders vonden golfplaat en bamboe al goed genoeg. ‘Het
summum van banaliteit’, foeterde Ed Cuypers in 1909, de neef
van de beroemde Pierre Cuypers van het Rijksmuseum in
Amsterdam. Mondjesmaat verbeterde die instelling. Het
postkantoor in Medan van S. Snuyf uit 1909, het hoofdkantoor
van de Stoomtrammaatschappij (H. Maclaine Pont, 1913) in
Tegal, en vooral de Javaanse Bank (1909) van Hulswit en
Cuypers in Jakarta waren hedendaags en stijlvol. Zij het dat
die hedendaagsheid was gestoeld op de neorenaissancestijl
(denk aan de Amsterdamse Bijenkorf) die in het thuisland
gangbaar was. |
|
Vooral in zijn diversiteit was Wolff Schoemaker imponerend.
Hij ontwierp tegelijk een protestantse kerk, een moskee, een
moderne villa en een bank. Hoe eigenwijs hij ook was in zijn
dagelijks leven, hij kon zich kennelijk goed in de
verschillende opdrachtgevers verplaatsen. Langzaam zie je
het modernisme in zijn werk sluipen. De ornamentiek wordt
schaarser en soberder. De vormen zakelijker. Een
markeringspunt is in 1927 zijn ontwerp voor het Preanger
Grand Hotel in Bandung. Het is een schepping waarvoor de
opdrachtgever hem veel vrijheid en budget gaf. |
|
Dat Wolff Schoemaker onbeperkt vertrouwen kreeg,
was opmerkelijk, want hij was een omstreden figuur onder de
Nederlanders, door zijn keuze voor de islam en door zijn
leefstijl. ‘Met Soekarno had Schoemaker een passie
voor kunst en vrouwen gemeen’, schrijft de auteur droogjes.
De architect hertrouwde vrij consequent, verzamelde
Aziatische kunst en in zijn huis kropen wilde beesten vrij
rond: een zwarte panter, een jonge leeuw, een forse boa en
een stel gifslangen. Het bezoek werd gerustgesteld met de
mededeling dat er voldoende tegengif in huis was.......... |
Hij bezocht de Verenigde Staten en zag daar werk
van Frank Lloyd Wright, wiens tekeningen hij ook
bestudeerde. Hij las de tijdschriften De Stijl en Wendingen,
dat laatste van de illustere architect/ontwerper H. Th.
Wijdeveld. Het is goed zichtbaar in het ontwerp voor hotel
Preanger. Schoemaker gebruikte typografische elementen in
zijn gevel, die direct refereren aan Wendingen nr. 3, uit
oktober 1920. |
Het kroonstuk van Wolff Schoemakers carrière is
Villa Isola, gebouwd voor de jonge krantenmagnaat Willem Berretty. Het is een enorme villa in Bandung, opgetrokken in
staal en beton. Het front toont een mooi krachtenveld tussen
de verticaliteit van de torens, en de horizontale werking
van de vensters en de vinnen in de gevels. |
Het oogt knettermodern, ook vandaag nog, alsof het isolement van de
kolonie de architect tot grotere extremiteiten heeft
verleid. Alleen al vanwege dat uitbundig modernisme verdient
Schoemaker een biografie. Van Dullemen schetst zorgvuldig de
personen en discussies van die tijd en die plek. De vraag
blijft daarbij open wat de Tropische Stijl is, een term die
Schoemaker zelf heeft proberen te munten. Een echte
definitie blijft uit. |
De titel van de monografie beperkt
zich terecht tot het verzamelbegrip: ‘Moderniteit in de
tropen’. Dat is wat het is. Het is geen stijl die zijn eigen
norm stelde, maar werk van een Indonesisch/Nederlandse
architect die de lokale context van zijn ontwerp serieus nam
en bereid was zich in de Aziatische iconografie te
verdiepen. ‘Wij moeten de Indiase werken in diepte
bestuderen’, schreef Wollf Schoemaker in 1923, ‘zoals ook onze
eerste rationalisten de middeleeuwse bouwkunst bestudeerden,
om de essentie eruit te kunnen destilleren en er nieuwe
impulsen in te vinden |
|
Tot op de dag van vandaag bepalen
tientallen gebouwen van Charles en Richard het
stedelijk landschap van Bandoeng en Semarang in
Indonesië. Maar ook in Curaçao en...in Nederland
staan gebouwen naar hun ontwerp. |
|
Zoals in Arnhem op het huidige
bedrijvenpark ‘Arnhems Buiten’, voorheen KEMA-terrein
is van de hand van Richard.
U kunt het bekijken en niet alleen dit gebouw maar er is
meer te zien in #Arnhems
Buiten |
|
|
Enkele foto's van de opening van deze
tentoonstelling. (klik erop en ze worden groter) |
|